25-05-2018 3 min. Patrick van Haren

Column - Mobiel

Column - Mobiel

Onze columnist Bob Meinona is terug van weggeweest. In 2010 en 2011 schreef hij ook al wekelijks. Sinds editie 400 zal hij wekelijks een column verzorgen voor Blik op Beneden-Leeuwen. Hij richt zich daarbij op een gebeurtenis of activiteit van alledag.

Mobiel

Terwijl nu toch wel zo'n beetje elke inwoner van ons land in het bezit is van een mobiele telefoon, heb ik me er altijd nog van kunnen vrijwaren. Ik heb een enorme hekel aan mobieltjes, of liever gezegd, aan het gebruik ervan. Het niet bij je hebben van een mobieltje geeft een enorme rust. Want bellen alleen is allang verleden tijd met zo’n zakcomputer. ‘Je móet tegenwoordig overal bereikbaar en online zijn’. Nou, als er één apparaat is wat je leven elke minuut van de dag kan beïnvloeden is het toch wel dat ‘handige’ mobieltje.

Een vaste telefoon is bij een oproep al in staat om op zeer indringende wijze in te breken in je vrije tijd. Niet zelden op momenten dat je eigenlijk niet in de gelegenheid bent om je naar het toestel te begeven en het gesprek aan te gaan. Of simpelweg omdat je eigenlijk liever niet het gesprek wilt aangaan op dat moment. Maar je moet wel! Het ding blijft zich op dwingende toon aan je opdringen tot het moment dat je je eraan overgeeft. Nu er tegenwoordig een nummermelding in het venster vakje toestel verschijnt - ik heb het dan nog steeds over het vaste toestel - weet je een enkele keer ook wie er zich aan die andere kant aan je opdringt. Je kunt daarop al dan niet besluiten het gesprek te openen.

Maar nu is er dan die mobiele telefoon. Helemaal niks nieuws. Al jaren helemaal ingeburgerd. Maar niet bij mij! Wat een onding. Dat dwingende bellen is slechts één actie. Het ding bezit veel meer mogelijkheden. Vanwege mijn nieuwe betrekking is het gewenst dat ik een mobiele telefoon bezit omdat ik voor alle medewerkers en collega's bereikbaar moet zijn. Als alle nummers zijn ingevoerd en andere belangrijke gegevens zijn toegevoegd ben ook ik voortaan mobiel bereikbaar.

Nu ook ik – naar mijn gevoel als laatste Nederlander - mijn intrede heb genomen in het mobiele paradijs heb ik het nummer ook aan een aantal bekenden doorgegeven. Een bijkomend voordeel van een mobieltje is het uitlezen en beantwoorden van de e-mails. Ik maakte op mijn computer al veel gebruik van e-mail omdat ik het als een groot voordeel zie dat ik op elk gewenst moment een bericht kan versturen zonder dat ik iemand daar direct lastig mee val. De ontvanger kan op een voor hem of haar geschikt moment uitlezen en zonodig beantwoorden. En datzelfde geldt dan weer voor mij.

Deze week was er in het nieuws dat de mobiele telefoon het sociale leven aan het ondermijnen is. In de trein of bus, in het restaurant, op school en in de bedrijfskantine. De dagelijkse gesprekken hebben plaats moeten maken voor spelletjes, mailverkeer en online gedragingen.

Het mobieltje is eigenlijk nog erger dan ik vooraf had gedacht. Niet alleen de telefoontjes dringen zich aan je op. Nee, nu heb je ook nog eens de berichten en niet te vergeten de appjes. Ik leg het ding vaak naast me neer en kijk er met een schuin oog schuw naar toe als het ding te pas en te onpas geluiden maakt. Volgens mij is er een bericht ontvangen. Ja ik moet toch maar even kijken. Het kan iemand van mijn werk zijn. Er bekruipt mij een gevoel dat ik meer en meer besmet raak, ondanks dat ik (nog) niet de hele dag met het apparaatje in mijn handen zit.

Het is ook erg ongemakkelijk dat het mijn hele broekzak vult en me zelfs beperkt bij sommige handelingen of bewegingen. Beetje bij beetje geef ik me over aan datgene wat voor iedereen al helemaal bij het leven 2.0 hoort. Waar ik me nu ook begeef, ik ben bereikbaar, maar of ik daar vrolijk van word? Hoe gewoon het ook zou moeten zijn in het huidige tijdperk, ik wen er maar langzaam aan.


Als eerst op de hoogte?
Schrijf je in voor de wekelijkse nieuwsbrief en je bent als eerst op de hoogte van het laatste nieuws.