Maos en Waols dialect mot blijve

Herhaling Aflevering 3.(over twee weken wordt de volgende aflevering verwacht)

Het schrijven van ons dialect is veel moeilijker dan het uitspreken ervan, zo blijkt uit de vele reacties van de afgelopen week. Ik heb een mooi voorbeeld over het schrijven en uitspreken van het Maos en Waols.

Hij kwaam houtzat uit de kroeg. Hij waar mi zunne fiets tege un pûlleke gereeje. Zunne fietstaes laag un eind wijerop en zunnen bril ston scheef op zunne kop. Mar hij hat er verder niks mee geleeje es allenig un bietje koppijn.

Probeer het maar eens te vertalen naar het Nederlands. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat zelfs in Maas en Waal een aantal woorden nog verschillend wordt uitgesproken. Tussen sommige woorden uit de dialecten van Dreumel en Druten zit zelfs nog verschil. Wijlen Johan van Os uit Puiflijk was veruit de beste streekschrijver in het noteren van de juiste uitspraak. Hij is ook de auteur van het Maas en Waals Woordenboek. Met deze rubriek proberen we in elk geval ons dialect levend te houden. Ongetwijfeld zal daarbij de schrijfwijze niet altijd goed genoteerd zijn, maar we streven het doel na om zo goed mogelijk de schrijfwijze te hanteren.

Op onze facebookpagina is een ware run ontstaan op Maas en Waalse uitspraken. Het spreekwoord van vorige week:
Een gebraoje kiep vliegt nie vaneigus in de mond werd door Wim Daanen uit Beneden-Leeuwen het bestuitgelegd. Hij schreef ons: Je moet er wel moeite voor doen om iets te bereiken of te verkrijgen.

Deze week hebben we niet een spreekwoord of gezegde maar een gebeurtenis uit het dagelijks leven in het dialect opgeschreven. Voor de echte Maos en Waoler een peulenschil, voor de outsiders een graadje moeilijker.

Ons mam moes dizze wèèk al vur de twidde ker oppaesse op de kleinkeinder.

Kom mar op! Het Maos en Waolse dialect mot blijve.